Tijd voor deel 4 in de serie integriteit en filosofie. Ik neem je mee in de argumentatie van Christine Korsgaard. Bij filosofie moet je goed opletten en bij Korsgaard al helemaal. Korsgaard bouwt voort op de ideeën van Aristoteles en Kant. Van deze twee denkers heb je al eerder gehoord. Daar gaan we.
Door te kiezen en te handelen bepaal je wie je bent. Integriteit is cruciaal voor het vormen van jouw eigen identiteit. Volgens Korsgaard zit het zo. De functie van menselijk handelen is het vormen van de identiteit van de persoon die die handeling verricht. Dus, wanneer je bepaalt welke effecten je teweeg brengt, wanneer je controle over je eigen bewegingen neemt, vorm je tegelijkertijd jezelf en bepaal je wie je bent.
Nu, dat klinkt nog wat vaag. Wat bedoelt die Korsgaard daar eigenlijk mee? Je identiteit wordt gevormd door je handelingen en keuzes, door de gevolgen die je teweegbrengt in de wereld. Als je zo’n gevolg veroorzaakt, beslis je over wat voor soort oorzaak jijzelf bent. Door te handelen, bepaal je wie je bent. Het doel is om jezelf te vormen tot een uniform geheel. Anders is de handeling niet een uiting van jezelf als persoon. Dit is dan ook waar integriteit bij Korsgaard om de hoek komt kijken.
Aristoteles en de teleologische organisatie
Aristoteles was van de teleologische wereldbeschouwing. Dat betekent dat (levende) dingen in de wereld zijn georganiseerd op basis van hun telos: hun bedoeling ofwel hun einddoel. Korsgaard neemt deze zienswijze over. Korsgaard stelt dat de teleologische organisatie van de dingen betekent dat de dingen constitutieve standaarden hebben. Dit kun je zien als een soort specifieke gebruiksaanwijzing.
Korsgaard laat zien hoe dit bijvoorbeeld bij giraffen zit: een giraf is een entiteit die georganiseerd is om haar ‘girafzijn’ te continueren. En een gezonde giraf is een giraf die er goed in is om haar ‘girafzijn’ te continueren. Dus de dingen die de giraf doet worden gedicteerd door haar ‘girafzijn’. Een handeling van een goede giraf is bijvoorbeeld het knabbelen aan jonge groene blaadjes boven in de boom. Dit zorgt ervoor dat de giraf door kan gaan met ‘girafzijn’. Dus een giraf zijn, houdt in dat de giraf voortdurend bezig is met handelingen die de giraf tot giraf maken. Dit is waar het leven van een giraf uit bestaat. En precies zo zit het ook bij personen: een persoon zijn, betekent continu bezig zijn met de activiteit van het maken van jouzelf tot een persoon.
Als een giraf nu per ongeluk het verkeerde eet, stopt zij niet met het zijn van een giraf. Zij slaagt hier alleen minder goed in. Het bouwen van een slecht huis is niet een andere activiteit dan het bouwen van een goed huis. Het is dezelfde activiteit, maar slecht uitgevoerd. Een persoon die haar verlangens niet goed onder controle kan houden (en zijn we zo niet allemaal?) is niet geen persoon. Zij slaagt er alleen minder goed in om een persoon te zijn.
Kant en zijn imperatieven
Nu komt Korsgaard aan bij Kant. Kant introduceerde het principe van de instrumentele rede. Dat houdt in dat als we een bepaald doel willen, we ook de middelen om dat doel te bereiken, moeten willen. Anders gebeurt er namelijk niks. Het principe zorgt dat je tot actie overgaat. Hij noemt het ook: de hypothetische imperatief. Het is in feite een praktisch voorschrift voor het handelen.
Het is belangrijk dat jouw wil verenigd is en dat je handelt als een geheel. Als jouw wil verdeeld zou zijn, kan je op een moment een bepaald doel willen en dit idee op een ander moment zonder reden weer weggooien. In dat geval ben je niet een persoon maar slechts ‘een hoopje niet-verwante impulsen’. En dat betekent dat je helemaal geen wil hebt. Dus: om jezelf te vormen als de oorzaak van het gewenste gevolg (jouw doel), moet je opereren als een geheel. Er zijn natuurlijk dingen in het leven die het moeilijk voor ons maken om onszelf te verenigen tot een uniform geheel. We hebben neigingen, verlangens, zijn hier en daar wat lui of ijdel, enzovoort. Dit zijn de dingen die we van Korsgaard moeten overwinnen om onszelf tot een persoon te vormen. Tot een eigen persoon, een geïntegreerd geheel.
Om jezelf te verenigingen pas je een eigen normatieve wet toe. Volgens Korsgaard is dit de categorische imperatief van Kant. Deze categorische imperatief kan worden geformuleerd als: behandel de (andere) mens nooit alleen als middel tot een doel, maar altijd ook als doel in zichzelf. Met het oog op het worden van een samenhangend geheel, moet men zich houden aan de Kantiaanse imperatieven.
Integriteit
Dus… het zijn van een persoon betekent volgens Korsgaard, het constant bezig zijn met het vormen van jezelf als persoon. Dit doe je door keuzes te maken en te handelen. Om een keuze of handeling een uiting van jou als persoon te laten zijn, moet het een resultaat zijn van jou als geheel. Door te kiezen en te handelen bepaal je wie je bent. Integriteit is dus cruciaal voor het vormen van jouw eigen identiteit.
Wat vereist dit van een persoon? Om een persoon te zijn moet je een wil hebben. Dat is niet hetzelfde als het hebben van louter verlangens. Het verschil is dat als een persoon een doel wil bereiken, hij zichzelf daadwerkelijk motiveert om het gevolg te veroorzaken. Hij neemt de teugels zelf bewust in handen. Korsgaard stelt dat een verdeelde wil – in tegenstelling tot een uniforme wil – betekent dat een persoon zich niet onderscheidt van de prikkels waarop hij reageert. Zij schrijft: als ik toegeef aan elke prikkel wanneer die verschijnt, doe ik zelf niets en heb ik dus geen leven. Dan ben ik slechts een hoop van niet-verwante impulsen.
Zoals we zien stelt Korsgaard een extreem hoge eis aan het zijn van een (geïntegreerd) persoon. Kritiek op haar theorie komt dan ook vanuit deze hoek. Waarom zouden we eigenlijk niet slecht, imperfect, of frivool zijn? Of leeghoofdig als we daar net zin in hebben? Dan kunnen we toch prima leven? Dat klopt wel, zegt Korsgaard, maar op die manier ben je niet vrij. Dan kies je niet zelf wie je bent, maar laat je je leiden door al die prikkels die voorbij komen.
Een volledig geïntegreerd persoon zoals Korsgaard dit voorstelt, is eigenlijk alleen in theorie mogelijk. De meesten van ons zijn daar nog lang niet. Sommigen van ons staan niet ver af van hoopjes niet-verwante impulsen. Het zijn van een perfect geïntegreerd persoon is een ideaal om na te streven. Een boei om op af te stevenen. En voor sommigen slechts een stip aan de horizon. Aan de slag dus.
Meer weten? Neem gerust contact op:
Deze blog is geschreven door Myrthe Lenselink.